Ser capaz de ter filhos (na mulher) ou de fazer filhos (no homem). Uma mulher tem aproximadamente 6 dias férteis durante o seu ciclo, perto da data da ovulação. Se tiver relações sexuais durante este tempo, pode ficar grávida.
Kinderen kunnen krijgen (vrouwen) of kinderen kunnen maken (mannen). Een vrouw heeft ongeveer 6 vruchtbare dagen tijdens haar cyclus, rond de tijd van de eisprong. Als ze dan geslachtsgemeenschap heeft, kan ze zwanger worden.
Ajuda